De aannemer van de gemeente doet ook werkzaamheden voor particulieren

(samenvatting dossier 7520) In januari 2016 kondigt de gemeente Rotterdam aan dat zij in Hoogvliet in Westpunt de komende jaren het riool zal vervangen. Verschillende nutsbedrijven zullen van de gelegenheid gebruik maken om ook hun leidingen te vervangen.

Tegelijkertijd met het vervangen van het riool, moeten de huisaansluitingen vervangen worden. De kosten daarvan zijn normaal gesproken voor de huiseigenaren.  In verband met de grondsituatie in Westpunt biedt de gemeente aan om gratis de huisaansluiting voor de eigenaren op openbaar gebied te verzorgen. Voor het gedeelte op eigen terrein is de gemeente bereid de werkzaamheden voor € 100 per meter uit te (laten) voeren. Eventuele bomen moeten die de werkzaamheden op eigen terrein in de weg zitten  moeten de huiseigenaren echter zelf weghalen.

De heer en mevrouw H. wonen in Westpunt. Zij gaan akkoord met het aanbod van de gemeente Zij vragen de aannemer of voor het leggen van het riool op eigen grond, de boom in hun voortuin weg moet. Omdat zij geen bocht in hun huisaansluiting willen, geven zij een bedrijf opdracht om de boom weg te halen.

Ook vragen zij de gemeente een kolk in hun brandgang bij hun woning aan te leggen. De gemeente is daartoe niet bereid.

Volgens de heer en mevrouw H. heeft de aannemer van de gemeente in andere gevallen voor een krat pils en een doos ijsjes wel bomen weggehaald of kolken aangelegd. Zij voelen zich ongelijk behandeld en vinden dat hun klacht onvoldoende zorgvuldig wordt behandeld. Zij hadden bijvoorbeeld verwacht dat er iemand bij hen zou komen kijken.

De ombudsman vindt het in zijn algemeenheid niet aan te raden dat een door de gemeente ingehuurde aannemer binnen hetzelfde werk tegelijkertijd ook werkzaamheden voor particulieren uitvoert. De scheiding tussen de werkzaamheden voor de gemeente en de werkzaamheden voor particulieren en de betaling daarvan, is voor een buitenstaander moeilijk te onderscheiden. De suggestie zoals die bij de heer en mevrouw H. is ontstaan, dat andere bewoners voordelen hebben gehad die zij niet kregen, is dan bijna niet te vermijden.

De ombudsman vindt echter niet dat de gemeente de heer en mevrouw H. tegemoet had moeten komen. Ook niet als de aannemer voor andere bewoners wel bomen heeft gekapt of kolken heeft aangelegd.

De ombudsman vindt dat de klachten van de heer en mevrouw H. niet gegrond zijn. De gemeente heeft hun klachten voldoende zorgvuldig afgehandeld, ook ondanks het feit dat de gemeente tijdens de klachtafhandeling niet bij de heer en mevrouw H. is komen kijken.